De weg naar D.I.T. (Do It Together): call, pitches, selectie, reflecties…

Rent-a-Kunstenpuntmedewerker!

Een klein experiment met ruilen en delen, in het kader van D.I.T.

door: Joris Janssens, 11 mei 2017 

Zoals jullie weten, lanceerde Kunstenpunt een open oproep voor ideeën om samen de positie van kunstenaars te versterken. De respons is groot: meer dan veertig mensen komen hun idee voorstellen op ons startmoment op 1 juni, in de Ravensteingalerij te Brussel.

Nu hadden we vorige week een hele interessante discussie. Moeten de mensen die een idee komen pitchen op onze studiedag daarvoor ook vergoed worden? Mensen die in vaste loondienst werken uiteraard niet, zeker wanneer het om gesubsidieerde organisaties gaat. En wat met freelancers?

Als freelancer is het sowieso interessant dat we je de kans geven om je idee te komen voorstellen. Misschien kunnen wij het in een verder stadium helpen ontwikkelen, en misschien vind je in de sector vermoede of onvermoede medestanders.

Anderzijds zit er iets fundamenteel scheef, als mensen die voor een organisatie werken wél een loon krijgen om dat idee uit te werken, terwijl kunstenaars en andere freelancers dat voor niks moeten doen. Ze zouden ook gratis meewerken aan een project van Kunstenpunt, dat er precies op gericht is om iets te doen aan de precaire werkomstandigheden van kunstenaars….

Dus: we moeten iets doen, of we ondergraven de basisidee achter ons project. En omdat er in de inzendingen voor DIT heel wat experimenten zitten met platformen voor delen en ruilen, ontstond het volgende idee:

1. Mensen die in loondienst werken, betalen we niet.

2. Freelancers krijgen de optie: ofwel een beperkte fee (75 euro per pitch), ofwel een wederdienst in natura. Omdat ze meewerken aan ons project, krijgen zij een halve dag een Kunstenpuntmedewerker ter beschikking voor hun project.

Don’t ask what you can do for Kunstenpunt. Ask what Kunstenpunt can do for you.

In onze portfolio voor dit ruilexperiment, zitten de volgende medewerkers, met het volgende concrete aanbod:

  • Lobke Aelbrecht is all round en steeds vrolijk. Ze heeft jarenlange ervaring met de spreiding van muziek, binnen diverse genres.Ze heeft als doctor in de linguïstiek bewezen onderzoeksexpertise, die op diverse manieren kan worden ingezet (editing, vertaling,…). Haar culinair talent richt zich bij voorkeur op taarten en gebak.
  • Stef Coninx is projectmedewerker klassieke muziek, en geeft feedback op projecten of ideeën, in relatie tot klassieke muziek of het bredere muziekveld.
  • Felix De Clerck denkt graag mee na over langetermijnstrategieën van organisaties — met bijzondere aandacht voor complexe fusiekwesties — en over de politieke uitdagingen in onze samenleving. Het is desgewenst mogelijk een gesprek hierover in het West-Vlaams te voeren. Verder gaat hij graag wandelen (met honden), is hij amateurornitholoog en beheerst hij een recept voor escalope milanaise — allemaal kwaliteiten die bijdragen aan de algehele gezelligheid van de conversatie.
  • Sam Eggermont heeft zakelijke kennis, inzichten over atelierbeleid en loopbaanontwikkeling voor beeldende kunstenaars. Hij bekijkt met jou hoe muziek en sport meer kunnen bijdragen tot een betere werk-levenbalans.
  • Delphine Hesters is hoofd Podiumkunsten. Zij biedt diverse mogelijkheden aan: teksten te vertalen (van en naar het Engels), een interview af te nemen, informatie over beleidsmatige en veldontwikkelingen te verschaffen, verslag te nemen bij meetings, feedback te geven op een project of idee, … Zij kan met een naaimachine overweg, en stelt haar huisvlijt ter beschikking.
  • Joris Janssens (hoofd onderzoek en ontwikkeling) is, binnen bepaalde grenzen, tot veel bereid. Hij schrijft, kan wat met cijfers en zet graag een boompje op over diverse onderwerpen. Hij schrijft ook gelegenheidspoëzie, vooral sonnetten, waarin je werk wordt aangeprezen en/of je twijfels verwoord.
  • Tom Ruette is hoofd informatiebeheer. Hij kan je helpen met alle computergerelateerde materies, biedt consultancy aan omtrent archiefbeheer, databasebeheer en gegevensverzameling. Hij kan een kritisch klankbord zijn voor je wilde technologische ideeën en speelt piano of bas in je volgende project.
  • Sofie Joye is all round projectmedewerker, en is gespecialiseerd in stedelijkheid en diversiteit. Zij helpt je graag met het opzetten van je organisatie, geeft feedback over je artistieke project en weet waar je lekker kunt eten in Gent.
  • Nico Kennes zit op internationale relaties en onderzoek, met name dan voor pop en rockmuziek. Hij kan je feedback geven op je projecten of ontwikkelingsmogelijkheden in die sector. Hij heeft de vlotste pen van het hele Kunstenpunt, gebruik ze!
  • Simon Leenknegt is de datavisualisatiewizard van Kunstenpunt. Geef hem je Excelsheet, en hij tovert een inzicht. Hij is onderlegd in cultural studies en geeft op eenvoudig verzoek ook botanisch advies.
  • Katrien Kiekens is hoofd communicatie bij Kunstenpunt. Zij geeft advies over je communicatie- en marketingplan en biedt hands-on hulp voor websites, lo-fi video, nieuwsbrieven, publicaties,…. Zij spreekt een woordje Italiaans en kan helpen met vertalingen.
  • An Seurinck, medewerker beeldende kunst en communicatie, is multi-inzetbaar. Zij kan inhoudelijk mee nadenken over de ontwikkelingsmogelijkheden over je project (beeldende kunst) of over communicatiestrategieën. Ook babysitten behoort tot de mogelijkheden (in het Gentse).
  • Nikol Wellens is multi: ze kent iets van kunsteducatie, professionele ontwikkeling en transitie naar een sociaal-rechtvaardige en duurzame kunstenpraktijk. Ze wijst je de weg in Brussel en breipatronen aanpassen op maat kan ze eveneens.
  • Quinten van Wichelen is informatie- en documentatiemedewerker muziek. Hij beheert een uitgebreide collectie met cd’s en platen van Vlaamse artiesten en staat open voor alle mogelijke vragen van pitchers, behalve meewerken aan verhuizingen.

‘Pitchers’ die voldoen aan de criteria (niet voltijds in vaste loondienst) kunnen een seintje geven via call@kunsten.be. Vermeld daarbij of je kiest voor een monetaire vergoeding of de tijd van een medewerker. Vermeld ook graag welke medewerker. Alle comments en feedback op dit initiatief zijn verder welkom op dit adres!

Sharing is caring.

——————————

Organisch organiseren

Toen we op 6 april de D.I.T.-call publiceerden, wisten we niet hoe het pad naar het startmoment op 1 juni zou verlopen. Verslag van een zoektocht.

door: Nikol Wellens, 26 mei 2017

Het was een zot idee, want niemand in het team had ervaring met het organiseren van een call. Natuurlijk hebben we eerst ons huiswerk gemaakt: eind vorig jaar legden we een verzameling aan van online calls en maakten er een analyse van. Na de jaarwisseling begonnen we één visie vorm te geven en het traject uit te denken.

Wanneer de communicatie op 6 april publiek gaat, hebben we geen idee of er mensen op de koffie zullen komen en hoeveel ideeën er ingestuurd worden.

Tegelijk willen we veel deelnemers voor het startmoment op 1 juni mobiliseren en welk programma vinden zij interessant? We kiezen voor een veilig plan: 20 pitches en een feedbacksessie in de voormiddag en een presentatie van onderzoeksresultaten en praktijkvoorbeelden in de namiddag.

Na het afsluiten van de oproep tellen we 41 ideeën. Tweemaal meer dan voorzien, wat nu? We kunnen ideeën thematisch clusteren in negen blokken, maar kunnen we de feedback dan ook bundelen, want we hebben niet de ruimte om parallel negen feedbacksessies te organiseren. Hoe we het draaien of keren, die ideeën allemaal voldoende aandacht geven is onmogelijk in een voormiddag. Toch selecteren, maar hoe: op basis van welke criteria kunnen we de helft weigeren? Op 16 mei bespreken we in een O&O-teamoverleg het dilemma.

De knoop wordt doorgehakt: het startmoment op 1 juni volledig wijden aan de pitches en de feedback. We hebben twee weken om het klaar te spelen: een nieuw dagprogramma maken, 21 pitchers contacteren om te checken of ze ook in de namiddag beschikbaar zijn, alle sprekers voor het inhoudelijk namiddagprogramma annuleren, alle ingeschreven deelnemers informeren, de online teksten aanpassen, de methodiek voor de pitches en de feedback doordenken, collega’s die ondertussen in binnen- en buitenland actief zijn op de hoogte houden, alle praktische noden voor die dag op een rijtje krijgen én oplossen, het vervolgtraject vormgeven… we hebben er de handen vol mee en organiseren organisch, D.I.T.

——————————

Halfweg D.I.T.

Oproep gezien, idee gepost, pitch gedaan, feedback gekregen… wat nu?

door: Nikol Wellens, 7 juli 2017

In een vorige post legde ik uit dat even afstand nemen van je idee een goede manier is om de overgang te maken naar de volgende fase in het proces van D.I.T. Misschien nemen sommige pitchers dit heel letterlijk de voorbije maand. Op onze vraag om mee te werken aan de evaluatie van het startmoment kregen we van vijftien pitchers respons. Drie verkozen om hun evaluatie via een e-mail te formuleren. Het goede nieuws is dat die achttien mensen betrokken willen blijven bij D.I.T. We namen ook terug contact op met de zeven mensen die door omstandigheden hun idee niet konden komen pitchen op 1 juni, waarop we vier antwoorden ontvingen. We vragen ons af: waar zijn die achttien andere ideeënbedenkers nu mee bezig?

22 deelnemers deden de moeite om te antwoorden op de evaluatievragen die we hen online stelden. Het D.I.T.-team van Kunstenpunt heeft alle feedback ondertussen verwerkt. In een aantal reacties komt de vraag naar de visie van Kunstenpunt op de concretisering van de ondersteuning terug. Na grondige reflectie over deze suggesties, komen wij tot het besluit dat een selectieve en resultaatgerichte ingreep op dit moment in het werkproces veel te vroeg zou komen en een verkeerd signaal zou geven, want in strijd met de simple guiding principles van D.I.T.

Het werk is nog lang niet gedaan. De incubatiefase is immers niet het einde van het creatieve proces. Eigenlijk ben je pas halverwege: het idee is nog niet gerealiseerd. Om tot een concept te komen, dien je je idee verder te ontwikkelen, zodat er werkelijk iets nieuws kan ontstaan. We zien het als onze rol om actief dit werkproces te ondersteunen.

Om te beginnen willen we dat pitchers opnieuw focussen. Het doel van D.I.T. is het versterken van de positie van kunstenaars via samenwerking. We vragen dat pitchers opnieuw nadenken over de manier waarop hun idee daar aan bijdraagt. Hoe is het geëvolueerd sinds de gesprekken die ze er op 1 juni over hebben gevoerd? Met wie willen ze samenwerken? Zijn ze nog steeds gemotiveerd? Waar lopen ze vast? We nodigen hen uit om de pitch uit te werken tot een tekst van één pagina. Net zoals voor de pitch zelf, voorzien we een vergoeding voor freelancers voor dit werk.

Vervolgens organiseren we vanaf 28 september vier wekelijkse donderdagsessies. De teksten van de pitchers dienen als inhoudelijke voorbereiding en aftrap van de gesprekken. In september daarover meer nieuws. Fijne zomer!

——————————

Zet het uit je hoofd (voor even toch)

door: Nikol Wellens 26 juni, 2017

Dit is vast herkenbaar: op de fiets naar het werk of de winkel schiet je ineens een idee te binnen waarmee je een complex probleem kan aanpakken. Vorige week of een maand geleden geraakte je er niet uit, je partner of collega’s brachten geen oplossing aan en je liet het liggen omdat je niet genoeg tijd had om de kwestie beter te bestuderen. En dan ineens, op een onbewaakt moment wanneer je met iets totaal anders bezig bent, vind je een nieuwe uitweg. De psycholoog Karl Bühler muntte hiervoor de term ‘aha-erlebnis’.

Eureka, de uitroep van Archimedes die in bad ontdekte dat hij het volume van een voorwerp kan meten door het onder te dompelen in water, is wellicht het bekendste voorbeeld. In creatieve processen is dit vaak een bewuste aanpak: vertrouwend op je intuïtie laat je de verzamelde informatie in je onderbewuste rijpen. In plaats van gefrustreerd en geforceerd op ideeën of oplossingen te jagen, richt je je aandacht bewust op andere zaken.

Het is een eenvoudige denktechniek en toch kan niemand vertellen hoe het precies werkt, misschien omdat het ook zeer persoonlijk is. Het komt er wel altijd op neer dat je bewust mentaal en eventueel ook fysiek afstand neemt. De ene kiest om aan iets anders te beginnen, de andere zweert bij ontspanning, een derde kiest voor lichaamsbeweging en een vierde zoekt een andere omgeving op. Sommige mensen vinden dit moeilijk: een brandende kwestie loslaten, zonder zicht op een uitkomst, onzeker over hoe lang de oplossing op zich zal laten wachten.

In het traject van D.I.T. zijn we nu in deze fase van vrije incubatie beland. Na het startmoment van 1 juni nodigden we deelnemers en pitchers uit om mee te werken aan een evaluatie via Survey Monkey. De reacties druppelden de laatste weken binnen en de stand staat vandaag, 26 juni, op 21 reacties van deelnemers en 15 van pitchers. Tegelijk zoeken we uit hoe we de overgang naar de incubatiefase kunnen vormgeven. Dat is spannend: pitchers komen met constructieve kritiek en stellen concrete vragen, laatkomers vragen of ze nog kunnen meedoen, actoren in het werkveld hebben interesse in de resultaten…

Wat we zeker weten is dat we in het beste geval halverwege zijn. Misschien was het bedenken van ideeën het makkelijkste stuk van de route. Nu is de uitdaging om in de diepte te gaan en dat vraagt een andere soort verbeelding: focus kiezen, concepten bouwen en aftoetsen tot realiseerbare blauwdrukken. Daarvoor nemen we de tijd die het vraagt (voor even toch).

——————————

“Quantity breeds quality”Alex Osborn (1888–1966)

door: Nikol Wellens, 7 september 2017

September is al een week bezig en we hadden nieuws beloofd over D.I.T. Het programma van de eerste donderdagsessie op 28 september staat online en sinds een paar dagen kan iedereen zich inschrijven.

Sinds half augustus contacteren we de pitchers om deze vier namiddagen, wekelijks op donderdag tussen 28 september en 19 oktober, voor te bereiden. De zomer veroorzaakte echt een breuk in het contact en dat hadden we ingecalculeerd. Vorige week bleek uit telefonische contacten dat de overstap naar een andere technologie om de mails te versturen ongewenste effecten had. De berichten waren verdwenen in spamfolders en wie ze wel geopend had, zag er niet altijd een uitnodiging tot actie in. Overschakelen op de gewone e-mails zoals we die voor de zomer verstuurden, leverde wel een aantal nieuwe reacties op, al hebben nog steeds niet alle pitchers gereageerd. Drie indieners lieten ons weten dat ze hun traject binnen D.I.T. wensen af te ronden; plannen nemen in het leven en het werk soms een andere richting.

De titel boven deze blog mag je zien als een uitnodiging tot discussie: is er zoiets als een ideale verhouding tussen hoeveelheid en diepgang van ideeën? Voor wie Alex Osborn niet kent: hij is de ‘uitvinder’ van de brainstorm, een oplossing om het bedenken van ideeën te scheiden van het beoordelen ervan. Ondertussen bracht wetenschappelijk onderzoek van deze denktechniek een aantal beperkingen van de creativiteit in kaart. De manier waarop we binnen D.I.T. individuele en collectieve denkoefeningen afwisselen lijkt wel de zegen te krijgen van de deskundigen.

Toch had Osborn niet helemaal ongelijk: (voor)oordelen kunnen een rem zetten op de creativiteit, waardoor inspiratie onvoldoende benut wordt. Ook in deze fase van D.I.T. stellen we het oordelen bewust uit. Pitchers moeten de kans krijgen om te broeden op hun idee, het te voeden en het bij te sturen. Daarom vroegen we hen op 14 juli om als voorbereiding op de donderdagsessies een tekst van maximum 1 A4 te schrijven. Opnieuw zullen freelancers hiervoor vergoed worden (150 euro). Eventueel kunnen de auteurs gebruik maken van deze vragen:

  1. Hoe draagt je voorstel bij aan het doel van D.I.T., met name het samen versterken van de positie van de kunstenaar?
  2. Wat heb je na je pitch op 1 juni met de feedback gedaan? Wat heb je onthouden en meegenomen?
  3. Hoe is je idee sinds 1 juni geëvolueerd?
  4. Wat zie jij als volgende stap(pen) in de ontwikkeling van je project?
  5. Waar loop je vast? (Dat kan te maken hebben met bv. kennis, capaciteit of middelen)

Tot nu toe ontvingen we acht teksten. De andere pitchers mogen opnieuw een herinnering verwachten, want we kunnen niet blijven wachten.

——————————

D.I.T. donderdagsessie #2: digitale platformen

door: Tom Ruette, 6 oktober 2017

Gisteren zaten er twee pitchers uit het D.I.T.- traject aan tafel. Jore wil goedkope fysieke publicaties maken die voor hun beeldmateriaal (kleurenfoto’s zijn duur om te printen) of andere referenties (veel tekst maakt het boekje dik) kunnen teruggrijpen op een digitaal platform. Robert wil ook een soort van publicatieplatform ontwikkelen, dat ergens het midden houdt tussen Canvas en Vice.

Beide pitchers willen dus de positie van de kunstenaar versterken door hen een platform te bieden, een plek waar ze gezien kunnen worden, een weg uit de onzichtbaarheid.

Voor de gelegenheid had ik Gertjan van BeatSwitch, Daniel van Fandation.co en Julie van Arteconomy uitgenodigd. Dat zijn drie ondernemers met ervaring, met een project dat zich op het terrein van cultuur begeeft. Daarnaast hadden we nog Maarten van het sociaal fonds voor de podiumkunsten en Julie van Kunstenloket.

Als voorbereiding namen collega Nikol Wellens en ik een interview af van Guillaume van IDIGAP. Hij bouwde een digitaal platform uit, maar het liet het zomer 2017 uitdoven. We delen zijn ervaringen in de hoop dat anderen er iets van kunnen opsteken.

It will sell itself

De confrontatie van de pitchers met de ondernemers bracht ons heel snel tot een assumptie die bij beide pitchers sluimerde: als de inhoud en de vormgeving maar goed genoeg zijn, zal het platform en de content erop zichzelf verkopen.

Maar dat werd tegengesproken door de ondernemers: zonder netwerk, “marktonderzoek” en promotiecampagne blijf je onzichtbaar. Precies het probleem van de kunstenaars dat de pitchers willen aanpakken…

Het is een fundamenteel spanningsveld tussen kunst (voor mijn part ook wetenschap) en publiek/markt/economie. Een kunstenaar bestaat niet zonder zijn publiek, maar het is vaak wel een van zijn of haar laatste zorgen om publiek te werven voor zijn of haar kunst. Omgekeerd ziet een ondernemer eerst en vooral de noodzaak om klanten te hebben — want anders zijn er geen inkomsten — en zal het product dat verkocht wordt aanpassen aan de noden van de markt. En dat wil een integere kunstenaar niet, die doet zijn ding.

Conclusie

Mijns inziens hebben Jore en Robert hetzelfde idee: een platform maken waarop een kunstenaar hoog kwalitatief materiaal kan plaatsen. Maar hun taak is om dan een publiek te genereren voor hun platformen. Als ze dat niet doen, dan bieden ze geen oplossing om de positie van de kunstenaar te versterken. En erger nog, ze gaan waarschijnlijk geen kunstenaars weten te overtuigen om van hun platform gebruik te maken, als ze niet kunnen aantonen dat het platform een publicitaire meerwaarde biedt.

Ik ben heel benieuwd welk concreet concept Jore en/of Robert, al dan niet samen (want ze kampen met dezelfde problematiek), zullen indienen tegen 15 november. Spannend!

——————————

Stoppen of doorgaan?

door: Nikol Wellens, 6 oktober 2017

In vier donderdagsessies tussen 28 september en 19 oktober 2017 bieden we pitchers en medestanders een tweede kans om elkaar te ontmoeten en bij de verdere ontwikkeling van hun idee te ondersteunen. We kozen voor een thematische aanpak en voorzien elke keer extra inhoudelijke informatie.

We vroegen de pitchers half juli om als voorbereiding voor deze donderdagsessies hun korte pitch van 1 juni uit te werken tot een tekst van één pagina. Om het schrijven te ondersteunen, schreven we een paar bijdragen op deze blog, stelden we een aantal deelvragen en stuurden we herinneringen. We zijn nu 6 oktober en de teller staat op veertien bijdragen, terwijl 30 pitchers zich inschreven voor een donderdagsessie.

Wat zegt dat verschil? Voor ons is het moeilijk om in te schatten wat er allemaal speelt. De eerste stap ging voor vele indieners vlot: een idee indienen via een online formulier. De voorbereiding van een pitch voor het startmoment was een eerste uitnodiging om na te denken over dat idee en het te verwoorden. Nu is het zaak om die reflectie opnieuw te verdiepen, al dan niet aan de hand van de feedback die er op de pitch gegeven werd door de deelnemers aan het startmoment. Dat vraagt energie en creativiteit: uitwerken, verfijnen, verbeteren, kiezen, plannen… Toch kan het zijn dat de vorige fase zo leuk is, dat de connectie met de realisatie niet uitnodigend lijkt. Of dat de realiteit van de dagelijkse praktijk alle aandacht opslorpt.

Het gevaar is echter dat er dan niets verandert, want het idee bestaat eigenlijk alleen als gedachte en nog niet als concept voor iets dat je kan maken. In deze fase breng je orde in de veelheid van je ideeën en maak je een keuze. Hou er rekening mee dat deze keuze een keerzijde heeft: bepaalde opties moet je loslaten. De cruciale vraag is: hoe draag je bij aan de versterking van de positie van kunstenaars?

Een idee uitwerken tot een vijfjarenplan en een budget van 1.000.000 euro kan een droom zijn die je energie geeft. De vraag is dan: hoe pas je dat in in het kader van D.I.T.? Misschien kan je nu wel een eerste stap zetten door met andere ogen naar je materiaal te kijken en precies dat element te kiezen dat je motiveert om concreet mee aan de slag te gaan. Voor je aan de uitwerking van een vijfjarenplan begint, is het bijvoorbeeld goed om een prototype te bouwen, een haalbaarheidsstudie te maken of een experiment op te zetten. Dit zijn slechts drie manieren om een idee uit te testen en er zijn er vast nog veel meer te bedenken.

15 november is de volgende deadline. Pitchers, al dan niet samen met medestanders, kunnen ten laatste die dag een concept indienen dat ze met financiële steun van Kunstenpunt verder willen ontwikkelen in 2018. De komende weken zullen ze dus allemaal een antwoord geven op de vraag bovenaan deze blog.

Je leest: De weg naar D.I.T. (Do It Together): call, pitches, selectie, reflecties…